Pater Pio (1887-1968) is een van de meest bijzondere personen in de Katholieke Kerk van de twintigste eeuw. Na zijn intreden bij de Capucijnen van Oost-Italiƫ onderging hij jaren van innerlijke zuivering. Hij had visioenen en extasen. In 1918 ontving hij in San Giovanni Rotondo de wondetekenen van de Heer, de stigmata. Verdachtmakingen hadden tot resultaat dat hij jarenlang geen apostolaat mocht verrichten. Pas in de jaren veertig kon hij zijn plannen waarmaken: het oprichten van een enorm ziekenhuis en het stichten van gebedsgroepen. Ontelbaren kwamen bij hem biechten of zijn Heilige Mis meevieren; zij gingen als nieuwe mensen naar huis terug. Velen sloten zich aan bij een gebedsgroep van Pater Pio. Al tijdens zijn leven sprak men van vele wonderen op zijn voorspraak. Op 16 juni 2002 is hij heiligverklaard.